Vogel van Papier, Jaargang 27, Nummer 2 (juni 2021)
Ik wil jullie vertellen over María Isabel Chandi, maar dan vanuit haar eigen ogen, om zo tot de essentie van haar leven te komen. María kijkt in de spiegel, en ziet een kleine tengere vrouw, 33 jaar oud, een beetje getekend maar ook vertederd door het overweldigend leven van haar drie kinderen.
Nu en dan komen herinneringen naar boven, van toen ze jong was en naar de avondschool in Tapori kwam. Ze droomde ervan te leren lezen en schrijven… Maar dan wendt ze haar blik af en zegt:
“Ik wilde zoveel dingen doen toen ik een klein meisje was. Maar het lukte me niet om te leren, en daarom is het nu zo moeilijk om mijn oudste zoontje te helpen bij de schooltaken”
María heeft het in ieder geval wel geprobeerd en deed zo haar best. Maar de context, haar eigen familie en de schaarste waarin ze opgroeide beroofden haar de kans om te studeren. En wanneer dat gebeurt, is het alsof er nog maar één reden van bestaan is… en dat is moeder zijn.
Ze zag dit gebeuren bij haar moeder, en dezelfde tekortkomingen waren er bij haar broers en zussen. Nu gebeurt hetzelfde in het leven van María, een bijna exacte weerspiegeling: haar moeder die haar kinderen alleen groot bracht, zonder de hulp van een vader.
María denkt dat vrouwen teveel hopen en vertrouwen… en ze zegt dat we daarom uiteindelijk aan het kortste eind trekken en verliezen.
Ze weet niet of echte liefde bestaat, want ze kreeg haar eerste kind en daarna ging zijn vader weg. Dan leerde ze een andere man kennen, en denkende dat dit de oplossing voor haar leven was, kreeg ze haar tweede zoon. Maar die man ging er van door met haar schoonzus. Bleek dat ze ondertussen zwanger was van een derde kindje.
Voor vrouwen wiens enige rijkdom hun kinderen zijn, ligt daar de zin van hun bestaan, de enige essentie… Ik bedoel, het leven concentreert zich eenvoudigweg in bestaan. Het grootbrengen van drie kinderen zonder hulp is voor María een realiteit die haar denken niet meer in beslag neemt… Het leven moet immers gewoonweg doorgaan en geleefd worden.
“ Ik heb geen werk en mijn dooppeter helpt me met wat geld om de huur, het water en de elektriciteit te betalen. We eten van wat mijn buren ons geven, en vanuit Tapori krijg ik een telefoontje om eten te komen halen”
We zien haar aankomen in Tapori met haar derde kindje, dat met klompvoetjes geboren is. Ze luistert stil wanneer de dokter uitlegt dat de voetjes van haar kindje in het gips moeten en dat dit lang opgevolgd moet worden zodat hij later, wanneer hij groot is, geen problemen heeft bij het stappen.
In mijn ogen mist María zoveel. Maar in het diepe van haar ogen zoekt zij alleen maar te leven voor haar kinderen, voor zichzelf, dromend dat dit het leven is, elke dag wakker worden en de zon van een nieuwe dag zien…
Lieve groeten van Ivonne,
die al vele jaren meewerkt in de bibliotheek en het medisch secretariaat van Tapori.